Op 8 juni 2018 is de conclusie van de Procureur-Generaal van de Hoge Raad in de zaak Henriquez gepubliceerd. In deze conclusie stelt de Procureur-Generaal dat de namen van de agenten niet openbaar gemaakt hoeven te worden.
Cliƫnten, directe nabestaanden van Mitch Henriquez, menen dat er genoeg gronden zijn om de namen van de agenten wel bekend te maken.
Ten behoeve van het broodnodige evenwicht publiceren de nabestaanden daarom de cassatieschriftuur, op dat u ook zelf uw mening kunt vormen.
De nabestaanden menen dat het plan van de minister om de
Wetgeving rondom politiegeweld aan te passen misplaatst is. Agenten worden nu na gebruik van (dodelijk) geweld eerst aangemerkt als getuige en pas als er zaken zijn die wijzen op mogelijk strafbaar handelen wordt dat anders.
Politiemensen hebben derhalve al een heel goede bescherming. Zij zijn de enigen die geweld mogen en soms zelfs moeten gebruiken, terecht dat ze dan bijvoorbeeld niet gelijk als verdachte worden gezien. Echter gaan ze over de schreef dan is het niet op zijn plaats hen standaard een veel lager strafmaximum te geven dan een burger boven het hoofd hangt (igv doodslag bijvoorbeeld slechts 3 ipv 15 jaar gevangenisstraf).
De plannen van de minister om de maximumstraffen fors te verlagen zijn geen goed idee.