In de Amstelveense zedenzaak heeft het Openbaar Ministerie laten weten tevreden te zijn met de beslissing van de Rechtbank. Die beslissing hield onder meer een vrijspraak in ten aanzien van ten laste gelegd bezit van series. De Rechtbank oordeelde dat dit niet bewezen kon worden omdat enkel bewijs voor bezit van fragmenten aanwezig zou zijn.
De Rechtbank overwoog:
De rechtbank stelt in de eerste plaats vast dat het kennelijk de bedoeling van het Openbaar Ministerie is om deze series als geheel en niet afzonderlijke afbeeldingen ten laste te leggen. Een andere interpretatie is naar het oordeel van de rechtbank onverenigbaar met de bewoordingen van de tenlastelegging en vindt ook geen steun in het requisitoir van het Openbaar ministerie.
De advocaat van de slachtoffers in deze zaak laat weten dat de uitlatingen van het OM, gelezen op nu.nl inhoudende:
Het OM zei maandag tevreden te zijn met de vonnissen en ziet geen reden voor hoger beroep.
De ouders van slachtoffers vinden het onbestaanbaar dat het OM kennelijk tevreden is met de vrijspraak en al helemaal onbehoorlijk dat hen niet eens is gevraagd wat zij ervan vinden en of zij het wenselijk zouden vinden dat hoger beroep wordt ingesteld.
Weliswaar is het instellen van wel of geen hoger beroep een zelfstandige beslissing van het Openbaar Ministerie, doch slachtoffers hadden verwacht en gehoopt dat het Openbaar Ministerie hen op zijn minst het gevoel zou geven dat hun mening in die afweging betrokken zou zijn.
De raadsman laat op op verzoek van ouders weten:
‘Het is triest te moeten constateren dat dit kennelijk niet het geval is geweest’.