Afgelopen vrijdag heeft LANZS (landelijk advocaten netwerk zeden slachtoffers) een zwartboek aangeboden aan de Raad voor de Rechtspraak, het Openbaar Ministerie en het Ministerie van Veiligheid en Justitie.
Dit omdat naar aanleiding van de brief van LANZS d.d. 15 juli 2010 er naar inzicht van de advocaten verbonden aan LANZS volstrekt onvoldoende verbetering is opgetreden.Nog steeds wordt LANZS geconfronteerd met zaken waarin het dossier niet of moeizaam wordt verstrekt, er geen vaste plek is voor het slachtoffer en diens advocaat in de zittingszaal, het feit dat geen rekening wordt gehouden met verhinderingen van (de advocaat van) het slachtoffer, terwijl wel rekening wordt gehouden met verhinderingen van (de advocaat van) de verdachte. Ook wordt volstrekt onvoldoende gebruik gemaakt van alternatieve maatregelen als contact- en gebiedsverboden. Bovendien worden slachtoffers niet geïnformeerd als de verdachte wordt vastgezet, terwijl zij inmiddels wel worden geïnformeerd als een verdachte wordt losgelaten. Het OM geeft aan dat het informeren bij vastzetten niet tot haar wettelijke taak zou behoren. Privacyoverwegingen lijken hier niet aan de orde te zijn, nu immers slachtoffers wel worden geïnformeerd bij de invrijheidstelling.
LANZS roept dan ook zowel wetgever als de rechterlijke macht (lees: zittende en staande magistratuur) op om de positie van het slachtoffer van “ergens in het achterhoofd” te verplaatsen naar “voor op het netvlies” en ervoor te zorgen dat slachtoffers de hen toekomende rechten adequaat en volwaardig kunnen uitoefenen terwijl zij tegelijkertijd tijdig worden geïnformeerd en betrokken bij het strafproces van het misdrijf dat hen is overkomen.
Via de link hieronder kunt u kennis nemen van het Zwartboek en de brief uit 2010.
