Op verzoek van de familie Henriquez wordt namens hen het volgende persbericht uitgebracht.
De Rechtbank Den Haag behandelt de strafzaak tegen twee agenten, aan wie beiden ten laste is gelegd dat zij verantwoordelijk zijn voor de dood van Mitch Henriquez. Vandaag heeft de familie van Mitch Henriquez besloten niet langer bij de zitting aanwezig te zijn en hebben zij hun advocaten mrs. Richard Korver en Mireille Lousberg geïnstrueerd om met hen de zaal te verlaten.
De familie stelt dat de aanhouding met enorm veel disproportioneel geweld gepaard is gegaan, waardoor de heer Henriquez is komen te overlijden. Dit is alleen maar boven water gekomen dankzij oplettende burgers, die filmpjes hiervan maakten die zij deelden op social media. Politie en Openbaar Ministerie gaven namelijk eerst aan dat de heer Henriquez onwel zou zijn geworden in de politiebus, die hem later afvoerde naar het politiebureau.
Inmiddels is dankzij onderzoek, uitgevoerd in opdracht van de familie zelf, duidelijk geworden dat de agenten, voordat zij de heer Henriquez in de bus tilden, wisten dat hij was overleden. De familie is hierachter gekomen door zelf een particulier recherchebureau in te schakelen, die veel scherpere beelden heeft gevonden dan die er door de Rijksrecherche aan het Openbaar Ministerie zijn verstrekt.
De beelden van de Rijksrecherche zijn vaag. Daarop zijn bijvoorbeeld gezichtsuitdrukkingen niet te herkennen en is soms zelfs niet eens te zien dat iemand spreekt. Op verzoek van de familie werd door mr. Korver, PSG recherche ingeschakeld, die al vrij snel de originele beelden wist te achterhalen, welke loepzuiver waren. Die beelden zijn eerst aangeboden aan het Openbaar Ministerie, zodat zij daar nader onderzoek naar konden doen. Dat wilde het Openbaar Ministerie zonder kennisname van de beelden niet, althans niet zonder vooraf toe te zeggen de verdachten de beelden pas later te geven. Daarop hebben de nabestaanden de beelden via de Rechtbank aan alle procespartijen ter beschikking gesteld. De beelden gaven het OM geen aanleiding voor nader onderzoek. De familie begrijpt dit niet.
De deskundigen, die de Rechtbank hebben voorgelicht, hebben dat gedaan op basis van de beelden van de Rijksrecherche, die veel vager waren. Een van de belangrijke conclusies was dat bij een zuurstoftekort iemand blauw aanloopt en dat, nu dit niet op de beelden te zien was, er dus van zuurstoftekort bij de heer Henriquez geen sprake zou zijn geweest. Dit terwijl er op de ‘nieuwe’ beelden te zien is dat de heer Henriquez blauw aanloopt.
Het bekijken van die beelden door de Rechtbank zou vooreerst achter gesloten deuren geschieden. Daarbij zouden de nabestaanden en de pers de zaal moeten verlaten. Pas na protest van advocaat Korver daartegen mochten de nabestaanden, dankzij wie deze beelden nota bene onder de aandacht kwamen, en de aanwezige pers toch aanwezig blijven om de beelden te bekijken. Aan de deskundigen zijn vervolgens nauwelijks vragen gesteld over die nieuwe beelden. Het had naar inzicht van de familie Henriquez toch zeer voor de hand gelegen om minstens de vraag te stellen of zij de heer Henriquez ook blauw hebben zien aanlopen op de nieuwe beelden en wat voor gevolgen dat heeft voor de door hen eerder uitgebrachte rapportages. Namens de nabestaanden is aan de Rechtbank gevraagd of hun raadslieden vragen mochten stellen, of desnoods of de Rechtbank die vragen alsnog zou willen stellen aan de deskundige. Dat verzoek is door de Rechtbank afgewezen.
De familie Henriquez vindt dat kwalijk. De familie Henriquez gaat er vanuit dat de strafrechter leidend is in het onderzoek. Dat wil zeggen, ook zelf nieuwsgierig moet zijn naar de waarheid. Door dit soort simpele vragen niet te stellen, hebben de nabestaanden de indruk gekregen te maken te hebben met een proces dat gevoerd wordt omdat het moet en niet omdat de waarheid boven water zwmoet komen.
Daarin speelt mee dat de namen van de verdachten niet zijn prijs gegeven, verdachten niet zichtbaar zijn en via een stemvervormer spreken. Daar speelt ook in mee dat het dossier geanonimiseerd is. De advocaat van de nabestaanden heeft al eerder gewezen op het risico van fouten en ook daadwerkelijk een fout kunnen traceren, waarin er verkeerd is gecodeerd. Op die manier worden uitspraken of gedragingen van de één aan de ander toegeschreven. Iets wat in het strafrecht levensgevaarlijk is. In andere grote processen, waarin gewerkt wordt met een zwartgemaakt dossier, te denken valt bijvoorbeeld aan terreurprocessen of processen voor het Internationaal Strafhof, heeft eigenlijk altijd te gelden dat de Rechters wel beschikken over een ‘schoon’ dossier, zodat zij kunnen controleren of de coderingen juist zijn toegepast.
De nabestaanden hebben naar aanleiding van de scherpere beelden het Openbaar Ministerie en de Rechtbank gevraagd te bepalen dat er direct nader onderzoek moest plaatsvinden onder meer naar wat er meer te zien is op die scherpe beelden en gevraagd om die beelden te laten beoordelen door liplezers. Liplezers zijn een erkende vorm van deskundigen/tolken, die kunnen bijdragen aan het bewijs. In het moderne recht worden dit spraakafzieners genoemd. Zij beoordelen wat er gezegd is door de bestudering van de lipbewegingen en non-verbale communicatie, die er verder is. Zowel van degene die spreekt als degene daar omheen, omdat de reactie ook iets kan zeggen over wat er nou precies gezegd is.
Omdat de overheid na heeft gelaten zelf dat onderzoek te doen, hebben de nabestaanden ook dit onderzoek laten verrichten, overigens allemaal geheel voor eigen rekening. Uit het onderzoek bleek dat de agenten in tegenstelling tot hetgeen zij hebben verklaard wel degelijk zouden hebben geweten dat de heer Henriquez dood was alvorens hij de bus in ging. Er blijkt ook dat de agenten zich bewust waren van burger camera’s om hen heen en er ontstaat bij het spraakafzien team de indruk dat zij daarop hun gedrag hebben afgestemd. Dit rapport is gisterochtend aan de Rechtbank overhandigend met het verzoek dat te voegen aan het dossier. De Voorzitter van de Rechtbank nam kennis van het verzoek, maar wilde direct doorgaan met de inhoudelijke behandeling en nog geen kennis nemen van de inhoud van het rapport. De familie heeft via hun raadsman aangedrongen om dat wel te doen, omdat die kennis belangrijk zou kunnen zijn voor het beantwoorden van eventuele vragen door de verdachten. De familie nam aan dat de combinatie van scherpere beelden, waarop andere dingen te zien zijn en de duiding van de spraakafzieners, die overigens normaal gesproken exclusief worden ingezet door het Openbaar Ministerie, zou leiden tot het stellen van nadere vragen aan de verdachten. Ook dit is niet gebeurd.
De familie Henriquez heeft al geruime tijd het gevoel gehad in een soort van spookproces te zijn beland, zoals één van de nabestaanden het aanduidde. Dat gevoelen is tijdens de inhoudelijke behandeling alleen maar versterkt. De familie Henriquez heeft het gevoelen dat het Openbaar Ministerie, de Rijksrecherche en de Rechtbank geen moeite doen om de zaak daadwerkelijk adequaat te onderzoeken.
Klik hier voor het persbericht in PDF-formaat.