In reactie op het persbericht van de heer Albert Drent d.d. 17 april 2011 laat mr. Richard A. Korver het navolgende weten:
In de uitzending van Brandpunt waarin Albert Drent zelf wordt geïnterviewd zegt hij op de vraag “Waar zit het schuldgevoel bij u?” letterlijk:
“Het is wel in mijn onderneming gebeurd. Het is wel onder mijn verantwoordelijkheid uiteindelijk gebeurd.”
Korver heeft de gevoelens van diverse van zijn cliënten verwoord toen hij in AT5 heeft gezegd:
“Nou, een aantal van mijn cliënten hebben mij gevraagd om aangifte te gaan doen tegen meneer Drent, dat zal ik doen. En ik zal ook namens een fors aantal cliënten meneer Drent aansprakelijk stellen voor de schade die zij hebben geleden en dat omdat kinderen natuurlijk wel onder zijn verantwoordelijkheid in zijn kinderdagverblijf zijn geweest”
en
“….het strafbare feit dat deze man mogelijkerwijs wist dat er dingen gebeurden binnen zijn muren die strafbaar waren en dat hij dat niet heeft verhinderd en dat maakt je dan wel medeplichtig aan die strafbare feiten. Ik zeg niet dat het zo gegaan is maar het heeft er wel … behoorlijk de schijn tegen. Dat moet je dan toch onderzoeken?”
In DWDD is op de vraag “Hoe luidt die aanklacht dan?” door mr. Korver gezegd:
“Die luidt dat ik het vermoeden heb, want ik kan dat niet bewijzen, ik was er niet bij. Maar die luidt dat ik het vermoeden heb dat de directeur wist of had moeten weten wat er binnen zijn muren gebeurde in die jaren. En als dat zo is, ja dan levert dat medeplichtigheid op. En dat is dus een ernstige aantijging en ik vind dat je dat moet uitzoeken. Tot nog toe weigert het OM dat uit te zoeken.
Wat ik zeg is dat er een heleboel aanwijzingen zijn, die bij mijn cliënten het bange vermoeden doen rijzen dat hij het wist. Maar ook mijn cliënten weten dat niet zeker. Die hebben daar hele sterke gevoelens over en vragen politie, justitie, zoek dat uit. Waarom wordt deze meneer geen onderwerp van strafrechtelijk onderzoek? “
Korver heeft kortom gevraagd of politie en justitie de zaak willen onderzoeken, willen onderzoeken of Drent zaken wist. Indien dat zo zou blijken te zijn levert dat juridisch mogelijk medeplichtigheid op.
Mr. Korver is van mening namens diverse cliënten een genuanceerd verzoek te hebben gedaan aan politie en justitie om een en ander nader te onderzoeken. Juist is dat politie en justitie tot op heden de heer Drent niet als verdachte zien. Dat is voor diverse cliënten van mr. Korver onbegrijpelijk, vandaar de aangifte met de wens tot degelijk onderzoek.
De heer Drent stelt in zijn persbericht voorts: “De onderzoekscommissie heeft echter geen verwijtbare fouten geconstateerd”
De commissie noteert in haar rapport (573):
“De conclusie van de commissie is dat de eigenaar, als directeur én als werkgever, de klachten en meldingen over
vermoedelijk seksueel misbruik serieuzer had moeten nemen en de verantwoordelijkheid had moeten nemen om
deze incidenten adequaat te onderzoeken en de resultaten daarvan door te geleiden naar politie en GGD op een wijze
die van een houder verwacht had mogen worden.”
Voornoemde conclusie van de commissie Gunning (waarbij de onderstrepingen zijn aangebracht door mr. Korver) is in tegenspraak met de stelling van de heer Drent in zijn persbericht. De commissie verwijt Drent overigens wel meer. Zo staat in het rapport (572) te lezen:
“Ondanks het feit dat door de pedagogisch medewerker contact is opgenomen met het AMK, is haar verslag over de melding 2008 door de eigenaar/directeur niet opgenomen in het kinddossier en is er richting van de moeders die in 2008 de melding over hun zoontjes deden, door hem gedreigd dat hij aangifte wegens smaad tegen hen zou doen als zij met de melding naar buiten zouden komen.”
Ook dat is een direct verwijt aan de directie Hofnarretje.
Drent op zijn beurt stelt dat hij altijd conform alle protocollen heeft gehandeld toen hij directeur van Het Hofnarretje was. De commissie Gunning stelt hierover (572) onder meer:
“De commissie heeft uit de beschikbare documenten en gevoerde gesprekken de indruk gekregen dat het management van ’t Hofnarretje eventuele meldingen met betrekking tot vermoedelijk misbruik minder voortvarend behandelde en de betrokken ouders te verstaan gaf dat er niets aan de hand was. De eigenaar/directeur vervulde daarbij een centrale rol en zou mensen in zijn omgeving hebben die onvoldoende tegenspraak boden.”
Korver ziet overigens, net als de commissie Gunning, bevestigd dat Drent kennelijk ouders intimideerde nu AT5 een ouder aan het woord liet in haar nieuwsuitzending van afgelopen zaterdag die daarover verhaalt.
Overigens heeft de voorzitter van de commissie Gunning bij Nieuwsuur afgelopen vrijdag gezegd:
“…het waren verschillende signalen, dat wisten ze niet van elkaar, de enige plek waar het samen kwam was bij de directie van het Hofnarretje”
Gezien al het voorgaande ziet Mr. Korver dan ook geen enkele reden voor enig ingrijpen van Minister Opstelten, nog daar gelaten dat het op de weg van de heer Drent had gelegen dan eerst een verzoek aan mr. Korver zelf te richten.